Achterstand UWV bij WIA-beoordelingen: gevolgen voor werkgever en werknemer

In de media verschenen het afgelopen jaar regelmatig berichten over het tekort aan verzekeringsartsen bij het UWV. Door dit tekort zijn er achterstanden bij de WIA-aanvragen en noodzakelijke herbeoordelingen ontstaan. Gelukkig speelt het probleem niet bij alle regionale UWV-kantoren, maar de afgelopen tijd komt het steeds vaker voor. Dit heeft voor zowel de werkgever als de werknemer gevolgen. 

Door Marco Bakker 

Als een werknemer bijna twee jaar (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt is geweest, komt het moment in beeld dat de werknemer een WIA-aanvraag bij het UWV moet indienen. Dit moet uiterlijk de 92e week van de wachttijd. Zo’n aanvraag doet de werknemer online via de site van het UWV en de werkgever verstuurd het volledige vastgelegde verzuimdossier naar het UWV. Het UWV heeft dan nog zo’n tien weken de tijd om tot een WIA-beoordeling te komen. De werknemer heeft dan eerst een afspraak bij de verzekeringsarts van het UWV, gevolgd door een afspraak bij de UWV Arbeidsdeskundige enkele weken later. Tot ongeveer een jaar terug slaagde het UWV erin om de WIA-beoordeling binnen deze 104 weken wachttijd uit te voeren. Maar steeds vaker ontstaan er flinke achterstanden. En wat dan? 

Loonverlies?
De werknemer wil na twee jaar weten of de aanwezige klachten en beperkingen leiden tot loonverlies. Dit verlies wordt berekend in een percentage. Als het loonverlies groter is dan 35%, dan heeft de werknemer recht op een WGA-uitkering. Want na twee jaar hoeft de werkgever voor de uren dat een werknemer niet werkt ook geen loon te betalen. Als de werknemer helemaal nog niet in staat is om te werken, dan is deze afhankelijk van de eventuele toegekende WGA-uitkering. Als het percentage lager is dan 35% zijn, dan moet de werknemer een WW-uitkering aanvragen bij het UWV.

Stress en onzekerheid
Maar wat nu als het UWV het niet redt binnen de twee jaar tot een WIA-beschikking te komen? En zelfs nog langer dan een halfjaar extra de tijd nodig heeft? De werkgever hoeft immers over de uren dat er niet gewerkt wordt geen salaris meer uit te betalen. Het is dan mogelijk om als werknemer een voorschot op de mogelijke toegekende WGA-uitkering aan te vragen bij het UWV. Ook kan een werknemer het UWV in gebreke stellen. Hierdoor krijgt de werknemer nog een kleine vergoeding per dag uitbetaald tot de beslissing is genomen. Dit alles bij elkaar betekent veel extra stress en onzekerheid voor de werknemer.

Vaststellingsovereenkomst
Vaak is het de vraag wat er gaat gebeuren met het dienstverband van de werknemer. Als het niet lukt om terug te keren naar de werkplek, wordt in de meeste gevallen een vaststellingsovereenkomst tussen de werkgever en de werknemer opgemaakt. Je ziet vaak dat men hiermee wil wachten tot de uitslag van de WIA-beoordeling binnen is, maar als dit een halfjaar tot zelfs een jaar duurt is dat geen gewenste situatie. Belangrijk is om werknemers goed te informeren en voor te bereiden op deze gebeurtenis, zodat zij hier rekening mee kunnen houden. Als de WIA-beslissing na de 104 weken wachttijd plaatsvindt, mag het UWV geen loonsanctie toekennen aan de werkgever als blijkt dat de geleverde re-integratie inspanningen onvoldoende zijn. 

Langdurige onzekerheid
In mijn dagelijkse praktijk heb ik bij de verzuimbegeleiding van werknemers meerdere van dit soort situaties gezien de afgelopen periode. Het is frustrerend dat een werknemer, die al twee jaar volledig arbeidsongeschikt is, nog eens negen maanden moet wachten op de toekenning van een WGA-uitkering. Deze langdurige onzekerheid doet veel met werknemers.

Administratieve uitdaging
Helemaal moeilijk is de situatie van een werknemer die ten tijde van de WIA-beoordeling nog geen re-integratiemogelijkheden had, maar in de periode na de twee jaar wachttijd wel langzaam aan weer kan opbouwen. Dan moet het UWV eerst met terugwerkende de kracht een WGA-uitkering toekennen. De hoogte van deze uitkering daalt na verloop van tijd, omdat werknemer stapsgewijs inkomsten uit arbeid heeft. Dan moet met terugwerkende kracht de teveel uitbetaalde WGA-uitkering aan werknemer verrekend worden.  En als de werkgever eigenrisicodrager is voor de WGA moet dan ook verrekend worden. Dat is een hele administratieve uitdaging! 

Wetsvoorstel
Is er een oplossing in zicht? Niet echt helaas, het probleem zal nog langere tijd blijven bestaan. Er ligt een wetsvoorstel waarin niet de verzekeringsarts van het UWV leidend is bij de WIA-beoordeling met betrekking tot de beperkingen, maar de bedrijfsarts. Naar mijn mening kan snelle doorvoering van dit wetsvoorstel een oplossing zijn. Dit scheelt een flinke druk op de belasting van de verzekeringsartsen en geeft werkgevers en werknemers snel duidelijkheid. Hierdoor weet iedereen waar ze aan toe zijn.  Maar dit wetsvoorstel levert flinke discussies op tussen voor- en tegenstanders. We wachten dus af hoe dit verder gaat verlopen…..

Top